Huurders van sociale huurwoningen, woningen met een maandhuur tot 710 euro, besteden meer dan 30 procent van hun inkomen aan woonlasten. Voor huurders van een corporatiewoning is dit 31,2 procent, in de commerciële sector 31,7 procent.
Dit blijkt uit de Lokale Monitor Wonen 2018 van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, Aedes, Woonbond, G4 en G40. Bij drie op de vier huurders van woningcorporaties sluit de huur goed aan bij hun inkomen en is er sprake van passende huisvesting.
Betaalrisico
De gemiddelde huurprijs in de corporatiesector is in 2016 met 1,9 procent gestegen, ten opzichte van 2015. De gemiddelde huurprijs binnen de commerciële huursector is in dezelfde periode met 2,2 procent gestegen. Het betaalrisico in de sociale huursector is 12,2 procent. Er is sprake van een betaalrisico als het netto besteedbaar inkomen te laag is om alle noodzakelijke uitgaven te dekken.
Een rolstoeler heeft vaak een nog hogere huur. Wonen kost mij meer dan 40% van mijn inkomen om die reden. Een rolstoel in huis lukt nu eenmaal niet als de woning niet aan te passen is of te klein is. Extra huurtoeslag zou geen slecht idee zijn voor mensen die aangepast moeten wonen.
Wat ook niet echt duidelijk wordt: mensen die het sociaal minimum ontvangen mogen niet meer boven ongeveer €590,- huren. In die prijsklasse zijn er bijvoorbeeld in Den Haag maar 5 rolstoelwoningen beschikbaar. Op 225.000 mensen. En de meeste huizen onder €590,- euro zijn niet aan te passen. Ik zou graag willen, dat daar ook eens aandacht voor is.