Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) bracht per gemeente in kaart hoeveel woningen het Politiekeurmerk voor Veilig Wonen dragen. Wat houdt dat keurmerk eigenlijk in en wat kan de gemeente ermee?
Woninginbraak voorkomen
Het Politiekeurmerk Veilig Wonen (PKVW) is een keurmerk voor woningen die voldoen aan verschillende eisen op het gebied van inbraakpreventie en sociale veiligheid. Deze eisen zorgen ervoor dat kwaadwillenden langer de tijd nodig hebben om een huis binnen te komen waardoor woninginbraak vaker wordt voorkomen. Denk bijvoorbeeld aan goede verlichting bij de buitendeuren en gecertificeerd hang- en sluitwerk.
Minder kans op inbraak
Voor gemeenten kan het keurmerk als veiligheidsinstrument dienen. In een factsheet (pdf) voor lokale overheden staat dat het verschillende effecten heeft. De kans op een geslaagde inbraak bij woningen met een PKVW-certificaat ligt volgens de organisatie gemiddeld vijftig procent lager dan in een woning zonder het keurmerk. Bij oudere woningen kan dat verschil zelfs oplopen tot negentig procent.
Overlast en vandalisme
In de factsheet staat dat ook andere vormen van criminaliteit, zoals overlast en vandalisme, aantoonbaar afnemen naarmate het keurmerk wordt ingezet. ‘Dit omdat de eisen en maatregelen voor het ontwerp en de inrichting van de openbare ruimte sociaal toezicht bevorderen.’ Door bewoners te betrekken, bijvoorbeeld door middel van een beheerplan, blijft een wijk in de toekomst veiliger.
Top vijf gemeenten
In verschillende gemeenten is er aandacht voor het keurmerk, bijvoorbeeld als onderdeel van het integrale veiligheidsbeleid, in de gemeentelijke woonvisie of door het introduceren van een subsidieregeling. Zo startte Den Haag recent een pilotproject waarbij inwoners van bepaalde wijken tegen gereduceerd tarief pensloten kunnen aanschaffen.
Het CCV bracht in kaart hoeveel woningen al PKVW-gecertificeerd zijn per gemeente. Arnhem voert daarbij de lijst aan en heeft naar verhouding het meeste aantal woningen dat voldoet aan het keurmerk, ongeveer een derde van het totale woningbestand. Op de tweede plek staat Helmond (28 procent). Nummer drie op de lijst is Zoetermeer (26 procent). Daarna volgen Tilburg (25 procent) en Deventer (24 procent).
In dit overzicht (pdf) staan resultaten van andere gemeenten.
Volgens mij een foutje in het artikel: niet Apeldoorn (2%), maar Arnhem (33%) voert de lijst aan. Of het overzicht klopt niet
Dank Petra, voor de oplettendheid! Je hebt inderdaad gelijk: Arnhem voert de lijst aan. We hebben dit in het artikel aangepast.
Vriendelijke groet,
Niobe Moen