In het stadhuis in Leeuwarden heeft de politie woensdagmorgen een man opgepakt die een medewerker van de gemeente had bedreigd en verwond met een mes. Die medewerker raakte gewond aan zijn hand.
Volgens de politie had de veertigjarige verdachte al een toegangsverbod voor gebouwen van de gemeente. Dat was hem opgelegd omdat hij eerder medewerkers had bedreigd. Desondanks kwam hij woensdag opnieuw naar het gemeentehuis waar hij bij de balie van het stadhuis de medewerker bedreigde en verwondde. Het slachtoffer is door ambulancepersoneel verzorgd.
Het is nog onduidelijk waarom de man tot zijn daad kwam. Het stadhuis was enige tijd afgesloten voor onderzoek, maar is aan het begin van de middag weer opengegaan. Er is ondersteuning opgeroepen voor de mensen die het incident hebben meegemaakt.
“Het is nog onduidelijk waarom de man tot zijn daad kwam.”
Deze zin in het artikel maakt mij wat ongerust. Ik hoop dat de onduidelijkheid alleen voor de schrijver van dit artikel geldt. De gemeente Leeuwarden heeft naar ik hoop de dader destijds niet alleen een pandverbod gegeven, zonder hem te vragen naar zijn motieven. Anders kun je wel aan de gang blijven, met het ondersteunen van mensen die geweldsincidenten meemaken.
Het is, mede op advies van diverse trainingsbureaus, langzaamaan een ‘goed gebruik’ geworden in gemeentelijk Nederland éénzijdige ordegesprekken te houden met ordeverstoorders, veelal gevolgd door een pand-of gebiedsverbod. Ik blijf er voor pleiten hoor en wederhoor toe te passen. Alleen daarmee is herhaling in de toekomst te voorkomen.
Dit verwerpelijke incident in Leeuwarden toont maar weer eens aan dat een pandverbod als boemerang kan werken.
Ik wens alle betrokkenen veel sterkte en een spoedig herstel voor de medewerker.