Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is bezig met een aanpassing van de Regeling vergoedingen waterschapsverkiezingen.
Waterschappen zijn verplicht om gemeenten te compenseren voor de organisatie van deze verkiezingen. Uit recent onderzoek, uitgevoerd in opdracht van de VNG en de Unie van Waterschappen, blijkt dat de kosten voor de verkiezingen van 2027 hoger uitvallen dan eerder doorberekend. Gemeenten krijgen een aanvullende financiële vergoeding voor de organisatie van de waterschapsverkiezingen van 2027. Uit onderzoek blijkt dat de eerder vastgestelde en geïndexeerde vergoeding ontoereikend is; de totale meerkosten bedragen 15,1 miljoen euro, waarvan 2 miljoen euro extra wordt vergoed. Dit extra bedrag wordt uitgesmeerd over 2026 en 2027, dus jaarlijks 1 miljoen euro.
De toename in kosten komt door hogere kostenstijgingen dan voorzien (bovenop de reguliere indexatie), een stijging van het aantal kiesgerechtigden, en nieuwe wet- en regelgeving die impact heeft op het verkiezingsproces.
Het extra bedrag wordt door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) overgemaakt naar de begroting van het gemeentefonds. Gemeenten ontvangen het via de algemene uitkering, zodat ze daadwerkelijk over de extra middelen beschikken.
Verdeling naar rato aantal kiesgerechtigden
De extra vergoeding die de waterschappen moeten betalen, wordt over hen verdeeld naar rato van het aantal kiesgerechtigde ingezetenen per waterschap op basis van de laatste verkiezingsdata. De Unie van Waterschappen levert hiervoor de cijfers aan het ministerie.
De vergoeding per waterschap voor deze twee kalenderjaren (2026-2027) wordt met één beschikking vastgesteld door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, waarmee het proces voor gemeenten en waterschappen eenvoudiger wordt.
VNG en de Unie van Waterschappen hebben bestuurlijke afspraken gemaakt om naar een robuustere en actuelere rekenmethode voor toekomstige verkiezingen toe te werken. Voor de waterschapsverkiezingen van 2031 en daarna wordt onderzocht hoe deze nieuwe afspraken kunnen worden vastgelegd.
De regeling treedt per 1 januari 2026 in werking, wat afwijkt van de gebruikelijke invoeringstermijn. Dit is volgens de wet toegestaan en verdedigbaar omdat de gemeenten en waterschappen hierover al tijdig zijn ingelicht. Het is mogelijk tot en met 25 september 2025 te reageren op het voorstel.

Geef een reactie