Ruim twintig procent van sportverenigingen in stedelijke gebieden hanteert tegenwoordig een wachtlijst of een ledenstop.
Landelijk geldt dat één op de tien verenigingen geen nieuwe leden kan aannemen, doorgaans door een tekort aan ruimte. Uit onderzoek van het Mulier Instituut, uitgevoerd in opdracht van NOC*NSF, blijkt dat meer dan 3000 sportclubs op dit moment gesloten zijn voor nieuwe inschrijvingen, omdat er simpelweg geen plek meer is voor extra velden, zalen of trainingsruimtes. Dit knelpunt speelt zowel bij binnen- als buitensportclubs en treft vooral grotere verenigingen met meer dan 250 leden. Ook het ontbreken van voldoende vrijwilligers of bestuursleden draagt bij aan het ontstaan van wachtlijsten. Hoe dichterbevolkt de omgeving, hoe sneller sportverenigingen hun maximale capaciteit bereiken.
Meeste wachtlijsten bij kinderen
Kinderen en jongeren onder de 18 jaar worden het meest getroffen. Bij ruim een derde van de betrokken clubs geldt de ledenstop voor de jongste jeugd; bij 21 procent voor jongeren tussen de 12 en 17 jaar. De verenigingen met veel jeugdleden moeten vaker kiezen voor een wachtlijst, terwijl sommige clubs alle leeftijdsgroepen beperken of alleen volwassenen uitsluiten.
Volgens Marc van den Tweel, directeur NOC*NSF, dreigt de druk op sportplekken nog verder toe te nemen, vooral in stedelijke gebieden. Juist daar is het essentieel dat jeugd de kans krijgt om te sporten. Hij benadrukt dat er nu duidelijke afspraken nodig zijn om in bestaande en nieuwe woonwijken ruimte voor sport te reserveren, vanwege de negatieve gevolgen voor gezondheid, sociale verbondenheid en mentale weerbaarheid als deelname aan sport afneemt.
Naast een gebrek aan velden of zalen op wedstrijddagen en trainingsavonden, blijkt dat 64 procent van de clubs met een ledenstop door ruimtegebrek ook onvoldoende plek heeft voor verblijf, overige activiteiten of andere speelmomenten.
Bekijk hier de betreffende gegevens.
Sportwereld maakt zich zorgen
De Nederlandse sportwereld maakt zich grote zorgen over het gebrek aan urgentie op het gebied van sport en bewegen bij de politieke partijen. Sport en bewegen zouden veel meer meegenomen moeten worden in de bestrijding van allerlei problemen in de samenleving.
“Welke coalitie er ook komt, het onderwerp sport en bewegen moet op de bovenste stapel meegenomen worden na de verkiezingen”, zegt Tom van ’t Hek. “Sport en bewegen moeten integreren in belangrijke beleidsvelden zoals onderwijs, zorg, ruimtelijke ordening. Er moet een groot plan komen, wat sport en bewegen leveren de samenleving op lange termijn veel op.”




Geef een reactie