Afgelopen week stuurde demissionair minister Keijzer van VRO een brief naar de Tweede Kamer, waarin zij maatregelen voorstelt om arbeidsmigranten betere huurbescherming te geven. Maar een vast huurcontract voor de arbeidsmigrant komt er niet.
In 2022 waren er volgens minister Keijzer zo’n 700.000 arbeidsmigranten in Nederland en 140.000 meereizende gezinsleden. Schattingen over de laatste paar jaar laten zien dat het aantal arbeidsmigranten blijft stijgen, wat leidt tot een jaarlijks arbeidsmigratieoverschot van zo’n 40.000 mensen. Huisvesting voor deze groep migranten zou goed moeten worden geregeld, ook als ze hier maar tijdelijk zijn. Helaas blijkt dat dit lang niet altijd in orde is. E zijn de laatste tijd zelfsnverschillende excessen aan het licht gekomen.
Huurbescherming hard nodig
De huidige krappe woningmarkt maakt het er niet makkelijker op om arbeidsmigranten adequaat te huisvesten, stelt Keijzer in de Kamerbrief. Desondanks zijn er maatregelen nodig om dit beter te regelen. Zeker omdat de afschaffing van een andere regeling voor arbeidsmigranten in de ijskast is gezet door het demissionaire kabinet. Vanaf 1 januari zou stapsgewijs de regeling worden afgebouwd, die werkgevers toestaat om maximaal 25% van het minimumloon in te houden voor huisvestingskosten van arbeidsmigranten.
Het kabinet heeft echter op het allerlaatste moment afgezien van dit plan. Reden hiervoor zou onder meer zijn dat een afbouw op korte termijn mogelijk meer nadelen dan voordelen zou hebben voor arbeidsmigranten. FNV en belangenorganisaties van de arbeidsmigranten, vinden deze beslissing onbegrijpelijk van Minister Paul (SZW). Zij vrezen dat de afhankelijkheid van arbeidsmigranten ten opzichte van hun werkgever nu eerder groter zal worden en dat dit zelfs tot onwenselijke verdienmodellen kan leiden.
Doelgroepencontract
Er is meer huurzekerheid nodig voor de arbeidsmigrant, vindt Keijzer. ‘Deze mensen komen naar Nederland om iets van hun leven te maken en bij te dragen aan de Nederlandse economie en samenleving en verdienen betere huurbescherming. In het regeerprogramma van Kabinet-Schoof is daarom afgesproken dat er een doelgroepencontract voor arbeidsmigranten komt.’ Een doelgroepencontract is een huurovereenkomst voor onbepaalde tijd, waarbij de verhuurder alleen de huur mag opzeggen als de huurder niet meer tot de doelgroep van de woning behoort. Daarmee geeft Keijzer naar eigen zeggen invulling aan de aanbeveling uit het advies van de Commissie Roemer: Geen tweederangsburgers: Aanbevelingen om misstanden bij arbeidsmigranten in Nederland tegen te gaan.
De bedoeling van de commissie is dat arbeidsmigranten voor hun woonruimte minder afhankelijk worden van hun werkgever en langer in hun woning kunnen blijven wonen als hun werk stopt. Ze zouden een zelfstandig huurcontract met huurbescherming en huurprijsbescherming moeten krijgen. Ook in het geval dat de huisvesting plaatsvindt op een bedrijventerrein of als er sprake is van groepsgewijze huisvesting.
Short-stay maximaal 30 dagen
Keijzer heeft geconstateerd dat er veel kwalitatief goede oplossingen zijn om geschikte huisvesting voor arbeidsmigranten aan te bieden. Tegelijkertijd ziet ze dat het huidige huurrecht niet altijd passend is en ook ongewenste prikkels kent die het ontwikkelen van passende huisvestingsconcepten tegenwerken.
Op dit moment worden veel arbeidsmigranten gehuisvest op basis van zogenaamde ‘short-stay’- of logiescontracten. Het huurrecht kent het begrip ‘short-stay’-contracten echter niet. Dit betekent dat de huur- en huurprijsbescherming niet van toepassing zijn als de huur ‘naar aard van korte duur’ is. Veel arbeidsmigranten hebben hierdoor geen huurbescherming. Dat betekent dat zij vaak vrijwel direct hun huis verliezen als hun werk stopt. Voorts geldt dat een huurovereenkomst ‘naar aard van korte duur’ in de praktijk veel breder wordt toegepast dan oorspronkelijk de bedoeling was.
Wijzigingen in het huurrecht
Een nieuw doelgroepencontract is daarom volgens de minister op zichzelf geen oplossing voor een betere huur- en huurprijsbescherming voor arbeidsmigranten. Zij stelt daarom een aantal wijzigingen in het huurrecht voor. Zo wil ze een normering instellen voor huurcontracten ‘naar aard van korte duur’ van maximaal 30 dagen. Verder wil ze het oneigenlijk gebruik van dit soort huurovereenkomsten tegengaan door een aanpassing in de Wet goed verhuurderschap. Daarmee kunnen gemeenten beter toezicht houden op het juiste gebruik van kortdurende huurovereenkomsten. Ook kunnen ze het fenomeen dan beter bestuursrechtelijk handhaven met boetes en last onder dwangsom bij overtreding. De maximale periode van 30 dagen is voor gemeenten een concreet en toetsbaar criterium.
Geen vast huurcontract
Verhuurders zullen door de normering voor huurcontracten van korte duur genoodzaakt zijn om reguliere contracten af te sluiten die het huurrecht toestaat. In de praktijk betekent dit dat arbeidsmigranten, net als elke andere huurder, altijd een vast huurcontract zouden moeten krijgen. Keijzer is echter van mening ‘dat het enkel toestaan van vaste huurcontracten met huurbescherming voor onbepaalde tijd niet redelijk en passend is voor de huisvesting van arbeidsmigranten’. ‘Dat miskent de behoefte van verhuurders en arbeidsmigranten aan meer flexibele huisvestingsconcepten’, schrijft zij in de Kamerbrief.
Kort gezegd maken de arbeidsmigranten geen kans op een vast huurcontract. Keijzer wil voor hen als groep tijdelijke huurcontracten mogelijk maken binnen de bestaande wetgeving. De huisvesting moet daarbij voldoen aan de zogenoemde Roemer-norm: een eigen slaapkamer van minimaal 5,5 m2, minimaal 15 m2 leefruimte per persoon en alle voorzieningen onder één dak. In de praktijk betekent dit voor de arbeidsmigranten een huurcontact voor maximaal 2 jaar. Er komt een mogelijkheid eenmalig te verlengen, maar wel binnen die 2 jaar. Dus bijvoorbeeld een contract van zes maanden of een jaar kan een keer verlengd worden.
Internetconsultatie
Minister Keijzer is van mening dat dit ‘pakket wijzigingsvoorstellen zorgt voor een passende huurbescherming voor arbeidsmigranten. Of dit echt voldoende is om de regelmatig abominabele leefomstandigheden van de arbeidsmigranten substantieel te verbeteren zal moeten blijken. Begin 2026 komen de voorstellen online in een internetconsultatie.




Geef een reactie