In 2024 gaven Nederlandse gemeenten samen 80,9 miljard euro uit, 5,8 miljard meer dan in 2023, een stijging van bijna 8 procent. De baten namen nog sterker toe, tot 82,9 miljard euro, waardoor gemeenten gezamenlijk een positief exploitatiesaldo van 2,0 miljard boekten en hun eigen vermogen zagen groeien naar 43,3 miljard euro.
Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
De grootste kostenpost blijft het sociaal domein. Binnen het onderdeel ‘overig sociaal domein – met onder meer jeugdzorg, Wmo en opvang van vluchtelingen – namen de uitgaven met 2,3 miljard euro toe. De kosten voor inkomensregelingen en participatie, zoals bijstand, schuldhulpverlening en sociale werkvoorziening, lagen iets lager dan in 2023, vooral doordat de energietoeslag in 2024 is beëindigd. Ook andere beleidsterreinen lieten stijgingen zien: bestuur en ondersteuning, sport, cultuur en recreatie, verkeer en vervoer, onderwijs, veiligheid, afval en riolering kenden allemaal hogere lasten dan een jaar eerder.
Volkshuisvesting
Relatief de sterkste groei vond plaats bij volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing. De uitgaven hier stegen met bijna 20 procent naar 5,8 miljard euro, vooral door een forse toename van de lasten van grondexploitatie. De vier grote steden boekten samen ruim 1,1 miljard euro aan grondexploitatie‑kosten, bijna een verdubbeling ten opzichte van 2023, met name in Amsterdam, Rotterdam en Utrecht.
Stijging gemeentelijke baten
Aan de inkomstenkant stegen de gemeentelijke baten met 6,2 miljard euro. De opbrengsten uit het gemeentefonds namen toe tot 44,1 miljard euro, een plus van 2,8 miljard. Gemeenten ontvingen extra middelen voor loon- en prijsstijgingen en voor de stijgende kosten van jeugdzorg, terwijl de specifieke middelen voor de energietoeslag juist wegvielen. De heffingsopbrengsten, waaronder onroerendezaakbelasting, rioolheffing, afvalstoffenheffing en parkeergelden, kwamen uit op 13,8 miljard euro, 1,0 miljard meer dan in 2023. De secretarieleges stegen (paspoorten, rijbewijzen, huwelijksleges) met 163 miljoen euro, mede doordat veel paspoorten en ID‑kaarten na tien jaar geldigheid aan vervanging toe waren. De opbrengsten uit bouwleges daalden juist licht, wat samenhangt met een piek in vergunningaanvragen in 2023 voorafgaand aan de invoering van de Omgevingswet.
De overige baten stegen tot 25,0 miljard euro, onder meer dankzij extra rijksmiddelen voor bijstand, klimaat- en energietransitie, hogere rente‑inkomsten, meer huur- en pachtopbrengsten, hogere opbrengsten uit grondverkopen en een superdividend van een energiemaatschappij voor enkele zuidwestelijke gemeenten. Door het positieve exploitatieresultaat groeide het eigen vermogen van gemeenten van 41,3 naar 43,3 miljard euro; de waarde van het niet‑financiële bezit nam met 4,5 miljard toe door investeringen in infrastructuur en bedrijfsgebouwen, terwijl ook het financiële bezit toenam maar gepaard ging met een relatief grotere schuldgroei.




Geef een reactie