Minister Keijzer heeft de instructieregel naar de Tweede Kamer gestuurd om bestaande bewoning van recreatiewoningen onder voorwaarden toe te staan.
Momenteel staan circa 60.000 mensen in de Basisregistratie Personen (BRP) ingeschreven op een vakantiepark, en het werkelijke aantal ligt vermoedelijk nog hoger. Omdat deze manier van wonen vaak strijdig is met het omgevingsplan, ervaren veel bewoners structurele onzekerheid over handhaving en het risico gedwongen te moeten verhuizen, terwijl geschikte reguliere woningen schaars zijn.
Het ontwerpbesluit regelt dat recreatiewoningen die op 16 mei 2024 al als hoofdverblijf werden gebruikt, onder voorwaarden voor maximaal tien jaar permanent mogen worden bewoond. Gemeenten kunnen hierdoor het bestaande gebruik toelaten en zijn niet langer verplicht om hiertegen handhavend op te treden. Hiermee wordt tegemoetgekomen aan eerder ingediende moties en toezeggingen uit de Tweede Kamer om gemeenten meer flexibiliteit te geven en bewoners zekerheid te bieden.
Huurtoeslag
Legaliseringsmaatregelen hebben gevolgen voor het recht op huurtoeslag. Waar bewoners in recreatiewoningen voorheen meestal geen huurtoeslag konden krijgen, ontstaat bij legale bewoning vaak wel een aanspraak. Het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) kan de omvang van dit effect nu niet goed inschatten, omdat niet duidelijk is hoeveel bewoners het betreft, wat hun huurprijzen zijn en hoe de huishoudens zijn samengesteld. Om deze effecten beter te kunnen begroten, wordt in de komende maanden een steekproefsgewijs onderzoek uitgevoerd naar deze woonsituaties.




Uiteraard moet ook de parkeigenaar hiervoor toestemming verlenen.
Vaak zijn er extra maatregelen nodig zoals extra vuilafvoer, extra werktijden personeel etc.