
Buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) lopen regelmatig tegen dierenverwaarlozing en -mishandeling aan. Daarbij weten ze niet altijd wat te doen, maar daarin komt nu verandering als het aan de VNG ligt.
De koepelorganisatie maakte samen met het ministerie van LNV en het Boa-platform de handreiking Dierenwelzijn gemeentelijk handhavers. ‘Door hun dagelijkse aanwezigheid signaleren handhavers regelmatig dierverwaarlozing en -mishandeling. Echter, vanwege beperkte bevoegdheden en onduidelijkheid over de juiste handelwijze, weten zij vaak niet hoe ze hierop moeten acteren,’ zo vermeldt dit document.
Signalen doorzetten
Van de handhavers die een enquête over het onderwerp invulden, zou ‘ongeveer de helft’ maandelijks te maken hebben met dierenverwaarlozing of dierenmishandeling. ‘Hoewel deze handhavers veelal aangaven de signalen door te zetten naar een handhavende autoriteit, kwam ook naar voren dat er niet één plek is waar de handhavers de signalen eenduidig naar doorzetten. De VNG herkent dat het voor handhavers niet altijd duidelijk is welke signalen er zijn en hoe deze signalen het best kunnen worden
doorgezet.’
De handreiking moet hierin verandering brengen. Handhavers kunnen in een oogopslag de signalen van dierenmishandeling checken. Bijvoorbeeld angst bij het dier voor de eigenaar, een onjuiste omgang richting het huisdier, ondervoeding, schrikachtig gedrag of agressie. De handreiking bevat een ‘signaalkaart’ waarop deze signalen staan opgesomd, en waar handhavers lokale signalen aan kunnen toevoegen.
Meldlijn 144
Als boa’s tegen dierenmishandeling aanlopen, kunnen ze contact opnemen met het algemene telefoonnummer voor het melden van dierenmishandeling: 144. ‘Ook bij twijfel of behoefte aan advies. Deze centrale van de politie zet de melding door naar de juiste instantie,’ aldus de VNG. In 2020 vroeg de koepel ook al aandacht gevraagd voor het probleem, waarbij de organisatie pleitte voor een expliciete rol van gemeentelijke handhavers op het gebied van dierenwelzijn.
Geef een reactie